Haydn‐Mozart Plus: Haydn, Weber, Mozart
Boedapest, Franz Liszt Academy of Music — Main hall
Over het evenement
Gábor Takács‐Nagy vervolgt de Haydn‐Mozart serie van dit jaar en leidt na Symfonie nr. 87 ook de uitvoering van een van Haydns populairste stukken, Symfonie nr. 88. Hoewel het een echt klassiek muziekstuk is, verbergt de componist in elk deel een beetje plezier of iets ongewoons. Dit zijn bijvoorbeeld de noten die de langzame inleiding breken, de variaties van het tweede deel, het rustieke karakter van het menuet of de finale, met vogelgezang, klokgelui en vuurwerkexplosies. Na de pauze gaat het concert verder met een van Mozarts beste divertimentos: een kamermuziekstuk van zes delen, oorspronkelijk gecomponeerd voor zes instrumenten. Tussen de twee stukken in krijgt het programma extra kleur door een verrassingsgast: de muziek van Weber, die eigenlijk een familielid van Mozart was. BFO‐musicus Andrea Caputo, winnaar van het Sándor Végh Concours 2024, vertolkt de solo van dit diepe, dramatische klarinetconcert, bijna opera‐achtig qua expressiviteit.
Johann Peter Tost, violist aan het Hof van Esterházy, verdiende de eer dat Haydn zijn Symfonie nr. 88 aan hem opdroeg. Tost verkocht de bladmuziek aan een uitgever, maar "vergat" vervolgens het ontvangen bedrag over te maken aan de componist. Haydn profiteerde er niettemin flink van, want de Londense première van het stuk zou de componist, die twee jaar later naar Engeland zou reizen, op weg helpen naar succes. De symfonie begint met een energieke, langzame ouverture, die het hoofddeel introduceert, nu eens speels, dan weer dramatisch. Het hoofdthema van het langzame tweede deel, dat zelfs indruk maakte op Brahms, wordt aanvankelijk uitgevoerd door de solohobo en de cello, en komt vervolgens gedurende het hele deel terug met verschillende soorten begeleiding — onder andere op de trompet en de pauken. Het ritmische menuet, met een doedelzakachtig middendeel, wordt gevolgd door de finale van het stuk, eveneens volksmuziekachtig van sfeer, maar ook met een opwindende canon.
Weber, die wordt beschouwd als de vader van de Duitse romantische opera, componeerde een aantal kamermuziekstukken en concerti, waaronder werken voor Heinrich Baermann. Weber was gefascineerd door de veeleisende manier waarop de klarinetvirtuoos zijn instrument kon bespelen, waarbij hij consistentie van boven naar beneden liet horen. Webers Klarinetconcert Nr. 1 maakte goed gebruik van de vaardigheden van zijn vriend. Het stuk werd gecomponeerd in 1811 en begint met dramatische, stormachtige muziek, waarbij de turbulente uitbarstingen van het orkest worden beantwoord door de meer bedachtzame melodieën van de solist. Na een schijnbaar mysterieuze ouverture levert het langzame deel zachte, lyrische klanken en wordt slechts enkele momenten onderbroken door meer opgewonden muziek. In de episodes van de rondo finale verschuift het werk soms naar een mineurtoonladder, waarbij de hobo soms wedijvert met de klarinet voordat het stuk uiteindelijk wordt afgesloten met een toon van gedeeld optimisme.
Twee violen, een altviool, een contrabas en twee hoorns — dat is de ongebruikelijke bezetting van Mozarts Divertimento in D‐groot. Geboren in een tijd van persoonlijke onrust, weerspiegelt het stuk in zijn opzet de voorlopers van het genre, waaronder de serenade, terwijl het qua verfijning de wereld van de begeleidingsmuziek ver achter zich laat. Het werd waarschijnlijk gecomponeerd voor een vriend van Mozart, Sigmund Robinig, die net klaar was met zijn rechtenstudie. Hij werd beschouwd als een uitstekende violist en het is mogelijk dat de componist hem specifiek in gedachten had toen hij de delicate eerste vioolpartij schreef. Het openingsallegro, het andante met variaties, het schuchtere menuet, het liedachtige adagio, het meer levendige menuet en het uitgebreide rondo zijn perfecte voorbeelden van hoe je met beperkte middelen iets groots kunt creëren.
Programma
- Joseph Haydn – Symphony No. 88 in G major, Hob. I:88
- Carl Maria von Weber – Clarinet Concerto No.1 in F minor, op.73
- Wolfgang Amadeus Mozart – Divertimento No. 17 in D Major, K. 334
Kunstenaars
Dirigent: | Gábor Takács‐Nagy |
---|---|
Violoncello da Spalla: | Andrea Caputo |
Adres
Franz Liszt Academy of Music, Wesselényi utca 52, Boedapest, Hongarije — Zie op Google Maps