Gewandhausorchester, Mirga Gražinytė-Tyla, Gideon Kremer: Silvestrov, Kissine, Debussy en Ravel bij Gewandhaus

Het Leipzig Gewandhausorchester is een Duits orkest dat gevestigd is in Leipzig, Duitsland. Het is genoemd naar de concertzaal waarin het is gevestigd, het Gewandhaus.

Het orkest kan aanspraak maken op de oudste nog bestaande muziekorganisatie in Europa. In het begin van de 19e eeuw was Felix Mendelssohn de kapelmeester.

Latere chef‐dirigenten waren Arthur Nikisch, Wilhelm Furtwängler, Bruno Walter, Vaclav Neumann, en van 1970 tot 1996 Kurt Masur. In 1998 nam Herbert Blomstedt de functie over tot 2005 en zal worden opgevolgd door Riccardo Chailly.

Als thuisbasis van het Gewandhausorchester beschikt de stad Leipzig over een orkest van wereldfaam — een orkest met een buitengewoon roemruchte erfenis van 275 jaar. In maart 1743 richtten zestien Leipziger kooplieden een concertvereniging op die de muziekgeschiedenis zou bepalen. Vandaag de dag boeit en inspireert het Gewandhausorchester muziekliefhebbers over de hele wereld met zijn passie voor muziek en zijn unieke, onmiskenbare klank.
Naast de 70 symfonische Große Concerte per seizoen treedt het Gewandhausorchester op als het orkest van zowel de Opera van Leipzig — een rol die het al meer dan 200 jaar vervult — als van de Thomaskirche, waar het wekelijks de muziek van JS Bach uitvoert met het gevierde Thomanerchor. Daarnaast geeft het orkest ongeveer 35 concerten per seizoen over de hele wereld en is het gedocumenteerd op talloze opnames. De unieke diversiteit van de activiteiten van het Gewandhausorchester is een fundamentele factor van de internationale bekendheid van Leipzig als 'Stad van de Muziek'.

Kremer werd in Riga geboren uit ouders van Duitse afkomst. Hij begon op vierjarige leeftijd viool te spelen en kreeg les van zijn vader en zijn grootvader, die beiden professioneel violist waren. Vervolgens studeerde hij aan de Muziekschool van Riga en bij David Oistrakh aan het Conservatorium van Moskou. Hij won prijzen op de Koningin Elisabethwedstrijd in Brussel in 1967 (tweede prijs), de Paganiniwedstrijd in Genua in 1969 (eerste prijs) en de Internationale Tsjaikovskiwedstrijd in Moskou in 1970 (eerste prijs).

Kremer's eerste concert in het Westen was in Duitsland in 1975, gevolgd door optredens op de Salzburger Festspiele in 1976 en in New York in 1977. In 1981 richtte Kremer een kamermuziekfestival op in Lockenhaus, Oostenrijk, met een focus op nieuwe en onconventionele programmering; sinds 1992 staat het festival bekend als 'Kremerata Musica' en in 1996 richtte Kremer het kamerorkest Kremerata Baltica op, samengesteld uit jonge spelers uit de Baltische regio. Hij behoorde ook tot de artistieke leiders van het festival "Art Projekt 92" in München en is directeur van het festival Musiksommer Gstaad in Zwitserland.

Kremer wordt alom bewonderd om zijn brede repertoire, dat zich uitstrekt van Vivaldi en Bach tot hedendaagse componisten. Hij heeft het werk verdedigd van componisten als Ástor Piazzolla, George Enescu, Philip Glass, Alfred Schnittke, Lera Auerbach, Arvo Pärt en John Adams. Zijn uitvoeringspartners zijn Valery Afanassiev, Martha Argerich, Oleg Maisenberg en Vadim Sacharov. Hij heeft een grote discografie op het label Deutsche Grammophon, waarvoor hij sinds 1978 opneemt, en hij heeft ook opgenomen voor Philips en Decca. Hij bespeelt een Guarneri del Gesù viool uit 1730.